weblog:
A website that displays in chronological order the postings by one or more individuals and usually has links to comments on postings.
Raytje
De verzamelde werken – Volume II
De gebruikelijke verzameling van belangrijke informatie, wetenswaardigheden, laatste nieuwtjes, eerste geruchten, roddel, achterklap, onzin en klets.
Vancouver
Van Whistler naar Vancouver
Vanmorgen, 27 juni, in een record tempo de tent opgeruimd. Om 8:56 waren we on the road again om de Sea to Sky Highway af te maken, op weg naar onze nieuwe en tevens laatste camping: Golden Ears Provincial park. Alhoewel het vanaf Squamish nog zo’n 50 km naar Vancouver is kun je vooral het laatste stuk merken dat je in de buurt van een stad komt: grote en dure huizen, de highway wordt vierbaans, meer vrachtverkeer etc. Na eerst een stuk zuidwaarts gereden te hebben langs de Howe Sound, draaien we bij West Vancouver naar het oosten en bereiken dan North Vancouver (volgen jullie het nog?). North Vancouver ligt tegenover het eigenlijk Vancouver en je hebt dan ook een mooi uitzicht op de stad zelf.
Voor ons weer een weerzien na 5 jaar, maar Fabian is meer geinteresseerd in alle vrachtwagens, bruggen en hijskranen die hij in de buurt van de havens kan zien. Dan steken we via de Second Narrows Bridge over naar Vancouver en Burnaby (liggen tegen elkaar), waar de highway zich door heen slingert. Ik zie dat de meest linkse strook een carpool strook is voor twee of meer personen per auto. Dat is mooi: relatief rustig kunnen we nu een stuk van de ‘1’ volgen. Na een tijd ‘stappen we over’ op de ‘7’ die ons in oostelijke richting voert. Hier moet ergens de afslag naar het Golden Ears park zijn. De dorpen/steden waar we nu doorheen rijden, Pitt Meadows en Maple Ridge zijn echte forenzen plaatsen. Ze staan vol met ‘townhouses’, de Amerikaans/Canadese variant op het rijtjeshuis. Beide zijden van de ‘7’ highway lijken compleet volgebouwd met malls, shoppingcentre, autohandelaren, restaurants en tankstations. Na enig zoeken en verkeerd rijden vinden we eindelijk de 232nd (!) street. Deze weg komt uiteindelijk uit bij de ingang van het park, dat we om een uur of 11 bereiken. Vanaf daar is het nog 12 km naar de camping, en je rijdt een lange weg af, dwars door het bos. Doordat er aan weerszijde van de weg nog een strook van een meter of tien mooi gemaaid gras ligt voordat de kaarsrechte bomen hoog de lucht insteken heb je het idee dat je bij een duur hotel of conferentieoord uitkomt. Nee hoor, alleen maar twee campings.
Ik heb eind mei thuis via internet op de site van DiscoverCamping voor drie nachten op de Gold Creek camping gereserveerd. Dat ging toen gesmeerd, en men verwacht ons dus ook: het noemen van het reserveringsnummer is voldoende. We krijgen plaats 41 aan de Trillium Drive. Weer een mooie ruime plaats tussen de bomen. Bij aankomst ligt er naast de BBQ al een flinke stapel hout te wachten. Dat wordt dus flink stoken. Het is er nog niet druk, maar dat zal het komende weekend wel veranderen, op 1 juli is het Canada Day (nationale feestdag) en het begin van de schoolvakanties. Na de tent op zetten bedenken we ons opeens dat we het thuisfront moeten bellen. De telefoon staat aan het begin van het park, dus die 12 km weer terug. De ene opa en oma zijn niet thuis, dus dan de andere opa en oma. Alles is goed.
Het is tijd om te eten en te slapen, tenminst voor Fabian. Manouschka doet ook een poging, maar die eindigt zoals gewoonlijk na een half uur in spelen. Na Fabian zijn schoonheidsslaapje vertrekken we om een uur of half vijf terug naar Vancouver. Ons plan is om eerst naar Metrotown Centre te gaan. Dit is volgens de boekjes een enorme shopping mall. Leuk, we gaan eens kijken wat die kinderen van ons daar nou van vinden, want ‘our shopping malls are muuuuch bigger’. We willen daar wat eten en dan zien we wel wat we gaan doen. We volgen eigenlijk dezelfde route (eerst de ‘7’ west, dan de Mary Hill Bypass naar de ‘1’ en deze ook in westelijke richting volgen). Bij afslag 29 (Willingdon Ave) gaat het zuidwaarts.
Je komt dan vanzelf bij Metrotown uit. Dit is wel weer even wennen, ik zie het rijden in zo’n drukke stad (het is ook nog spitsuur) als een vuurdoop. Maar ik breng het er opmerkelijk goed vanaf: ik rijd maar één keer verkeerd. Zodra de shopping mall in zicht komt zeggen Lizet en ik tegelijkertijd: ‘oh, maar hier zijn we al eens geweest’. In 1995 zijn we hier inderdaad al eens gaan shoppen en we hebben er een biosje gedaan. Nog wel een beetje bekend rijd ik de auto de parkeergarage in. We eten in het Rainforest Cafe, ook weer zo’n thema restaurant (Save the Forest). Hebben we in London ook wel eens gedaan. Je eet in een oerwoud met het plafond bedekt met ‘jungle-begroeiing’. Overal hebben ze beesten (olifant, tijgers, apen, papegaaien) die op gezette tijden hun opgenomen kreten laten horen. Een flinke waterval zorgt ervoor dat je constant achtergrondruis hoort (en vaak naar de WC moet :-). Het eten bestaat uit de normale Amerikaanse hap: burgers, salads en pizza’s.
Ik heb er kennelijk nog niet genoeg van, want na enig aandringen van Lizet rijden we naar Canada Place, de terminal waar de cruiseschepen aanleggen. Die zijn er dan wel niet, maar toch is het wel leuk om hier even rond te lopen. Je kijkt als het ware tegen de hoge kantorentorens in het centrum aan omhoog. De kinderen rennen uitgelaten rond en Manous kijkt zeer geinteresseerd hoe werklui hijpalen de zee instampen om de terminal uit te breiden. Het is een mooie zomeravond en pas om negen uur gaan we terug naar de camping. Als we daar om tien uur aankomen, het is inmiddels donker, laat Manouschka weten dat ze nooit meer in het donker op de camping wil aankomen (de werkelijke reden is dat papa of mama dan geen verhaaltje meer voorlezen).
Vancouver by SkyTrain
Omdat we gisteren eigenlijk een flink deel van de dag in de auto hebben gezeten, nemen we het er vandaag van. Het begint al met lekker lang uitslapen. Ook de kids hebben er kennelijk behoefte aan, ze worden pas om een uur of negen wakker. Tijdens het ontbijt maken we de plannen voor vandaag. Het wordt een dagje downtownen. We zetten de auto weer neer in het Metrotown Centre en nemen daar de SkyTrain. Dit is een metro-achtig treintje dat vanuit de buitenwijken via Metrotown naar het centrum rijdt en daar eindigt bij de haven, het ‘Waterfront’. Het begint niet goed: de kaartjes moeten betaald worden met muntjes die we niet hebben. Ok, even wisselen in de mall. Daar wil niemand me helpen als ik niks koop. Dan maar in de food-court een blikje cola kopen. Omdat ik alleen maar briefgeld heb, vinden ze me lastig, maar uiteindelijk heb ik de munten die ik wil hebben. Kunnen we eindelijk kaartjes kopen. De SkyTrain laat je wel Vancouver by day zien, je krijgt er een mooie indruk van de stad. In het centrum duikt ie de grond in. Bij de op een na laatste halte stappen we uit, deze is het dichtste bij Robson Street. Robson Street is de straat waaraan de vele restaurantjes met de vele verschillende cuisines liggen. We hoeven voor het eten niet ver te gaan: zodra we de hoek om lopen en op Robson Street uitkomen, lopen we tegen het logo van Planet Hollywood aan. Binnen worden we met de lift naar de vijfde verdieping gebracht. Eenmaal boven kun je binnen eten of op de ‘patio’. Nou dat is niet moeilijk, buiten natuurlijk, het is mooi weer! We zitten aan de rand van de patio en kunnen mooi op het voorbijstromend verkeer neerkijken. De kids kijken hun ogen uit, er is dan ook genoeg te zien! Elke keer als Fabian een sirene hoort (om de 5 minuten), gaan z’n ogen ver open en roept ie ‘Komt ziekenauto aan!’. Na het eten rijden we met de SkyTrain door naar de laatste halte, het ‘Waterfront’. Daar kopen we kaartjes voor de SeaBus. Deze vaart van het ‘Waterfront’ naar North Vancouver. Hier kijken we een beetje rond, maar echt veel is er niet te zien, al probeert men de indruk te wekken alsof North Vancouver de gateway naar de rest van de wereld is.
Na een ijsje voor de kids en een frozen yogurt (dat moeten ze in Nederland ook eens maken!) gaan we weer terug. Bij het Canada Place liggen nu wel twee enorme cruiseschepen afgemeerd. Dus nog een keertje rondkijken. Eigenlijk heb je op zo’n schip toch maar een klein pokkenkamertje. Niks voor ons, dat doen we misschien als we 65 zijn en niet meer weten wat we met ons geld moeten doen (onwaarschijnlijk, er zitten nog witte vlekken in onze kaart van Amerika en Canada en trouwens ook de rest van de wereld).
Na een uurtje rondhangen gaan we met dezelfde SkyTrain weer terug naar Metrotown. Ik had vanmorgen gezien dat ze er een Toys’r’us hebben, en de kids hebben wel wat speelgoed verdient! Ze hebben ons al ruim twee weken uitgehouden. Manous wil een Barbie die Engels praat en Fabian kiest twee matchbox autootjes, een bus en een grote Amerikaanse truck. We eten in het food-court, Chinees dit keer. De kids eten er goed van, dus met de smaak zit het dan wel goed. Als we terug rijden naar de camping, een rit van een uur, bestaat er even niets anders dan hun nieuwe speelgoed…..
Science museum en Granville Island
Dit keer zijn we vroeg opgestaan. Snel eten en op weg naar Vancouver. Omdat we nu vroeg zijn vrees ik de forenzen files, maar het is juist erg slap. Ik vermoed dat iedereen een lang weekend heeft, want overmorgen is het Canada Day, de nationale feestdag. Maar goed, ik klaag niet.
Dit keer zetten we de auto gewoon bij het Science Centre neer, voor de deur. Een beetje benieuwd of de kinderen dit leuk vinden, gaan we naar binnen. Lang hoeven we niet op het antwoord te wachten, want ze rennen van de ene hands-on naar de andere hands-on. ‘Hands-on’ is de Engelse term, voor iets wat je zelf kunt doen. Een museum, waar je zelf een helehoop dingen kunt uitproberen dus. En dat is net iets voor kinderen. Ze blijven tot in de middag geboeid door alles wat ze kunnen en mogen doen, ook als snappen ze er helemaal niks van.
Als we ‘s middags wil eten bij het ingebouwde A&W restaurant (wat een waardeloze shit voer hebben ze daar trouwens, zeg!) willen ze niet mee, ze hebben juist een bak met stromend water ontdekt waar ze met schotjes dammetjes kunnen en de stroming van het water kunnen veranderen. Dus voor eten hebben ze eigenlijk geen tijd! Voor volwassen heeft het museum ook interessante dingen te bieden en papa is af en toe ook even ‘kwijt’. Aan de museums in Nederland: hier ligt nog een taak voor jullie (ennuh, het Metropolis in Amsterdam haalt het niet bij dit soort museums!)
Om een uur of drie hebben we dan toch alles gezien en gaan we op weg naar de volgende bezienswaardigheid op ons lijstje. Met de AquaBus varen we over False Creek naar Granville Island. Een grappig klein felgeschildered bootje, die AquaBus, ze varen tussen een aantal veelbezochte punten aan de False Creek heen en weer.
Heb je mooi geen parkeerprobleem! Granville Island is vooral bekend om z’n Public Market. In een soort grote hallen, staan markt kooplui diverse verse en exotische waren aan te verkopen. Zo heb je stalletjes met alleen maar groente en fruit of vlees, vis of brood. Daarnaast hebben ze een foodsection, waar je weer op de bekende wijze je eten bij elkaar kunt winkelen en in een centraal deel op kunt eten. Dit is voor Fabian niet zo heel interessant en omdat ie in het Science Museum heeft rondgeraasd, valt ie hier in slaap in de buggy. Als we verder slenteren, komen we nog de Children’s Market tegen. Dit is een combinatie van een groot speelkasteel met speelgoedwinkels en klerenwinkels speciaal voor de kleine. Even verderop een speeltuin met veel water. Het is nu niet zo heel erg warm, dus we zijn blij dat er ook een deel speeltuin is dat niet met water is ‘uitgerust’. Manous heeft overigens genoeg aan een glijbaan en een klimrek.Door de herrie van de speeltuin wordt Fabian weer wakker en wil ook nog wat spelen. Langzaam aan slenteren we weer terug naar de Public Market en kopen we ons eten bij elkaar: pizza punt hier, tuna sandwich daar, en tenslotte een soort zoet chocoladebrood bij de bakker.
Als we terug willen varen naar het Science Museum meldt men ons dat dat aanlegpunt ‘s avonds niet meer wordt aangedaan. We kunnen wel worden afgezet bij Stamp’s Landing, ongeveer een kwartier lopen naar het Science Museum. Doen we dat toch…
Op de camping stoken we al ons hout en papier op en treffen we voorbereidingen voor het inpakken.
Inpakken… en naar huis
Zo, het zit er op. Vandaag vliegen we terug. We zijn vroeg opgestaan want we moeten nog een hoop inpakken. Dat denk ik tenminste, maar het valt allemaal wel mee, want binnen twee uur hebben we de tent afgebroken, opgeruimd en alles wat mee terug moet ingepakt. Want nee, inderdaad, niet alles gaat mee terug. Lizet heeft een mooi systeem bedacht voor dit soort vakanties: neem een hoop oude kleren, handdoeken en washandjes enzo mee. Aan het einde van de vakantie gooi je dat allemaal weg en heb je ruimte en gewicht over om andere spullen mee naar huis te nemen. In ons geval is dat een hoop folders, kaarten en docu en wat boeken die we hier gekocht hebben. En tenslotte hebben we een gasbrander en een tent lamp hier gekocht en die nemen we natuurlijk ook mee naar huis. Het gaat overigens met gemak in de tassen en de koffer.
Lizet heeft haar gebruikelijke eind-van-de-vakantie dipje, voor haar kan de vakantie niet lang genoeg duren. Ik heb daar geen last van: als ik van te voren weet dat de vakantie drie weken gaat duren, dan wil ik na die drie weken weer naar huis. Om een uur of elf verlaten we de camping. Nu staat er voor de ingang een lange rij met vakantiegangers, en aan het begin van de camping staat het bordje ‘campgrounds full’. De vakanties zijn hier begonnen….
Als we in Vancouver aankomen is het etenstijd en zoeken we een restaurantje in de buurt van het strand. Dat is niet zo heel moeilijk te vinden. In het restaurant werkt een Nederlands meisje wat de verplichte vragen stelt (hoe lang zijn jullie al hier, waar ga je nog naar toe enzo), maar ons dan met rust laat. Om de tijd te doden laten we de kids nog wat rondrazen op het strand, en al gauw zitten ze in een kuil te wroeten (Duitsers in de buurt?).
Om een uur of drie gaan we toch echt naar het vliegveld om de bagage in te checken. In tegenstelling tot Schiphol geen lange wachtrijen, we zijn eerder klaar als gedacht. Terug naar de auto en even aftanken in Richmond. Omdat we tijd genoeg hebben rijden we nog even naar het punt waar je de landende vliegtuigen over zee kunt zien aankomen en zonnen daar nog een uurtje. Dan leveren we de auto in en gaan door de douane.
Met de gebruikelijke Air Transat vertraging van een uur vertrekken we om 9 uur ‘s avonds richting Calgary. Daar stapt de rest van het vliegtuig in. Om precies twaalf uur ‘s nachts vertrekken we vanuit Calgary. Beide kindjes vallen tijdens het taxiën al in slaap…
Na een vlucht van bij 8 en een half uur landen we om half vijf ‘s middags op Schiphol. Ikzelf heb (denk ik) twee uur kunnen slapen, de kinderen gelukkig een uur of 5. Snel door de douane. Opa en oma staan al te wachten en zwaaien uitgebreid naar de kids. De bagage laat nog even op zich wachten, maar na een half uur hebben we weer alles bij elkaar. Nog even iets drinken en dan gauw naar huis.
En wat smaakt een boterham met hagelslag dan toch weer lekker 🙂
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetuer adipiscing elit, sed diam nonummy nibh euismod tincidunt ut laoreet dolore magna aliquam erat volutpat. Ut wisi enim ad minim veniam, quis nostrud exerci tation ullamcorper suscipit lobortis nisl ut aliquip ex ea commodo consequat. Duis autem vel eum iriure dolor in hendrerit in vulputate velit esse molestie consequat, vel illum dolore eu feugiat nulla facilisis at vero eros et accumsan et iusto odio dignissim qui blandit praesent luptatum zzril delenit augue duis dolore te feugait nulla facilisi.