weblog:
A website that displays in chronological order the postings by one or more individuals and usually has links to comments on postings.
Raytje
De verzamelde werken – Volume II
De gebruikelijke verzameling van belangrijke informatie, wetenswaardigheden, laatste nieuwtjes, eerste geruchten, roddel, achterklap, onzin en klets.
Egel Relocation Program
Tijdens de vakantie werden onze katten door de buren verzorgd. We hadden vooraf 3 zakken kattenbrokken gekocht, waar ze normaal 6 weken mee vooruit kunnen. De buren zouden de kattenbrokken in een bakje in onze tuin zetten, zodat ze ’gewoon thuis’ konden eten.
Eenmaal terug van onze vakantie, bleek dat alle zakken leeg waren en dat de buren er nog een bij hadden moeten kopen. Vreemd, want de katten waren toch niet echt dikker geworden.
De tweede avond na onze thuiskomst hoorden we buiten een bekend geluid: het schuiven van de bakjes over de tegels. Nu is het zo dat katten uit deze bakjes kunnen eten zonder geluid te maken. Dit geluid betekent meestal dat we extra eters hebben. En ook nu bleek dat het geval te zijn: een egel had plaatsgenomen op het bakje en was zich te goed aan het doen aan anderkats eten. De oplossing is simpel: bakje weg zetten en de egel is zo weer verdwenen.
De volgende avond hoorden we weer gerammel. Nu zaten er 3 egels, en niet de kleinsten. Drie flinke vette stekelbollen, en nu we even terug dachten, die van gisteren was ook aardig dik. Er begon ons iets te dagen, en we legden het verband tussen de omvang van deze egels en de lege zakken kattenvoer.
De volgende avond herhaalde het hele gebeuren zich: de 3 dikkerds gaven tegen 11 uur ’s avonds weer acte de presence. Daar kwamen we natuurlijk niet meer vanaf. Tijd voor wat dier-vriendelijk experimenteren.
We hebben de 3 egels in een emmer geschoven, en deze 100 meter verder, twee hoeken om, een straat over, een brandgang en plantsoen door, los gelaten. Zo, dat probleem is opgelost!
Maarrrrrr, de avond daarna was het toch weer feest. Dit keer 2 egels, weer modder vet. Nou ja, dan maar weer de emmer-truc uithalen.
Dit gebeuren heeft zich nu een keer of 6-7 herhaald, en in totaal hebben we 12 egels, varierend van klein-maar-stevig naar twee-keer-te-groot, gevangen en in het plantsoen verderop uitgezet. Wandelen deze egels terug en zijn het dezelfde? Het zou kunnen, ik heb al gedacht om ze te markeren. Maar feit is dat we een week later geen egels meer horen rond kruipen, ondanks ons lok-bakje met wat kattenbrokken.
Ik weet niet wat de egels zelf van het Egel Relocation Program vonden, ik kreeg wat weinig feedback. Het zijn weinig-communicatief ingestelde wezens, daar gaan ze nog problemen mee krijgen.
Weer thuis
Voordat we onze laatste dag in een en al geregel en zakelijkheid eindigen duiken we nog even een half uur de KoA badkuip in. Na het inpakken van alle tassen, loopt het zweet al weer over mijn rug.
Eigenlijk loopt het allemaal op rolletjes. De auto inleveren, kost 5 minuten. Alles inchecken, kost iets meer. De juffrouw achter de balie eist dat elke tas niet meer als 50 pond weegt, en dus moeten we wat overhevelen. Dus 10 minuten. Dan effe eten. Dan de TSA, oftewel de security. Strenge meneren en mevrouwen. Schoenen en al het ijzer uit. Kost hooguit 10 minuten. Bij de gate worden we nog even tegen gehouden, want er klopte iets niet op de instapkaart. Weer komt er een strenge meneer en mevrouw van de TSA om ons te scannen en de rugzakjes te bekijken. Niks aan de hand, we stappen in.
In Detroit hebben we een korte tijd, kunnen we nog even een muffin eten (het is inmiddels 8 uur, en we krijgen in het vliegtuig naar Dusseldorf nog avondeten). Ook een zakje nootjes gekocht, hetgeen later handig blijkt te zijn.
Het vliegtuig vertrekt en vliegt over een prachtige actieve onweerswolk. Ooit een onweer van boven gezien? Een aanrader.
Tijdens het uitdelen van het eten besluit er een man een paar rijen voor ons ziek te worden. Echt ziek, zodat iemand van de stewardessen twee keer vraagt of er een dokter aan boord is. Ook komen de koffertjes met zuurstofflessen en zo te voorschijn. Iemand heeft zich bereid verklaard om voor dokter te spelen en komt bij de man zitten. Na twee uur wachten, het is inmiddels na twaalven, krijgen we toch nog eten. Die nootjes waren toch nog handig.
Na het eten kunnen we nog even slapen, en niet helemaal gammel rollen we in Dusseldorf uit het vliegtuig. Als ontbijt kregen we vlak voor het uitstappen een klef broodje met een omelet, dat al gauw werd omgedoopt tot een McEgg. In ieder geval is het niet genoeg om de honger te stillen, dus kopen we nog een broodje op Dusseldorf Airport.
De auto doet het na 4 weken stil staan nog steeds, en ik betaal een lousy 118 Euro voor die 4 weken. Ik heb het even opgezocht: dit kost op Schiphol tegenwoordig 218 Euro!
De rit naar huis is vooral warm. We komen uit Denver met 38 droge graden. En hier zal hier zo’n 33 natte graden zijn. Jakkes, wat een plakweer.
Thuis! Eindelijk. Heerlijk! Koel! Lekker. En s’ avonds: there is no bed, like your eigen bed!
We hebben nu al weer twee keer in ons eigen bed geslapen, en twee keer midden in de nacht wakker geworden en ’s morgens tot na elven geslapen. (ik weet het, er zijn mensen die dit elk weekend kunnen, de zgn gapers).
Blij om weer thuis te zijn.
De laatste dagen
De laatste dagen van onze vakantie zijn aangebroken. Zoals je in een andere post hebt kunt lezen, heb ik daar niet zo veel problemen mee, maar de rest van de familie hoeft nog niet zo nodig naar huis.
We draaien nu bij op routine: ’s morgens zwemmen en ’s middag gaan we iets doen. Dat iets is dan meestal een museum. Goed, dus ’s morgens eerst even op de camping. Voordat de kids in het zwembad duiken huren ze eerst een paar rare fietsjes, waarmee ze een half uur zoet zijn.
Nadat we ’s middags gepicknickt hebben bij het Red Rocks Amphitheater, een openlucht concert podium, maken we het Colorado Railroad Museum in Golden onveilig. Een grote verzameling materieel van vroeger staat er tentoon gesteld. De ontwikkeling van de spoorwegen was hier vroeger gekoppeld aan de ontwikkeling van het land. Nu is dat wel anders, alles gaat per vrachtwagen, maar vroeger konden grote afstanden alleen per trein worden afgelegd.
’s Avonds eten we in de Aurora Mall, aan de andere kant van de stad. We krijgen nog net de laatste hap chinees, want het is zondag en dan gaat de mall om zes uur dicht. We worden zowat naar buiten gekeken door de schoonmaakploeg.
Als we ’s avonds op de camping aankomen, krijgen we bezoek van een andere Nederlandse familie die hier ook al een paar dagen is. Ze zijn vandaag naar het pretpark Elitch Gardens geweest, en de kaartjes die ze hier voor hebben gebruiken geven nog een keer recht op toegang. Omdat ze zelf morgen naar Florida vliegen, kijgen wij hun kaartjes. Mooi man, zo kunnen we morgen mooi gratis naar een pretpark!
Dat betekent de volgende dag wat vroeger weg dan we gewend zijn. Eerst proberen we alle achtbanen uit die er zijn. Het is vroeger een Six Flags park geweest, dus dat zit wel goed. Een steekt er wat ons betreft met kop en schouders bovenuit. Je kent vast wel de bekende drijvende boomstam attraktie. Dit is net zoiets, maar dan met een gewoon bootje. Op het moment dat het bootje het water raakt krijg je een enorme vloedgolf, die makkelijk 15 meter weg spuit. Maarrrrrr, diezelfde vloedgolf komt ook in het bootje terecht. Gevolg: je bent echt helemaal zeiknat. Met deze hitte erg welkom. De 2 uren daarna hadden we geen last meer van de hitte, omdat onze kleren eerst moesten drogen.
Voor een flink bedrag (maar toch ook weer niet vanwege de lage dollar) laten we ons trakteren op een hamburger met friet. Dan is het tijd voor de waterglijbanen.
Dit park heeft ook nog een waterpark, met een stuk of 10 glijbanen. Nu blijkt de Amerikaanse aanpak: overal bij de glijbanen lifeguards, die je precies vertellen wat je wel en niet mag doen. En dat bij iedereen die de glijbaan gebruikt. Dit zorgt voor veel opstoppingen, maar kennelijk is het juridisch zo geregeld. Er is ook een golfslagbad. Dat wordt elk uur helemaal leeg gemaakt en moet dan een kwartier leeg blijven. De lifeguards bewaken dit met hun leven. Elke teen die over het lijntje gaat wordt teruggefloten. Ik vroeg later aan zo’n lifeguard wat daarvoor de reden was, en ze noemde er drie:
- Zo kon worden voorkomen dat er mensen continu ten koste van anderen in het water bleven
- Zo konden problemen met (niet)zwemmers makkelijk opgespoord worden
- Zo konden de chemicalien in het water zich weer stabiliseren
Wat een klets, volgens mij kunnen ze zo beter zien of er iemand boven komt drijven….
Tegen het eind van de middag gaan we naar huis, zodat we alvast wat kunnen inpakken. Morgen wacht ons een drukke dag: ’s morgens alles inpakken, tegen de middag de auto inleveren, inchecken en dan om 3 uur ’s middags vliegen naar Detroit. Daar vetrekken we om half tien ’s avonds lokale tijd naar Dusseldorf. De volgende middag (woensdag) komen we daar dan aan.
En dan is het Amerika avontuur weer voorbij….
Genoeg
Ik vind Amerika een fantastisch vakantieland, maar zo tegen het eind van elke vakantie begin ik weer te verlangen naar mijn eigen bed, en een boterham met hagelslag. Het maakt niet uit of het een vakantie van één week of van zes weken is, tegen het eind begin je een beetje genoeg te krijgen van alles om je heen.
Genoeg van het brood dat na een dag al oud is.
Genoeg van het gebrek aan fatsoenlijk broodbeleg.
Genoeg van de doorgefokte veel te grote appels.
Genoeg van de veel te grote porties eten in restaurants.
Genoeg van de smakeloze hap in sommige familie restaurants.
Genoeg van de overdreven aandacht van de ober in een restaurant.
Genoeg van de onduidelijke manier van afrekenen in restaurants.
Genoeg van het uitrekenen van 15% fooi.
Genoeg van het geklooi met zelf koken op één gaspitje.
Genoeg van de liters met cola.
Genoeg van de halve beker ijs in de cola.
Genoeg van de soms onbegrijpelijke eenrichting-wegindeling, waardoor je wel eens een blok om moet rijden.
Genoeg van de cruise control die je net iets sneller laat rijden dan de auto voor je.
Genoeg van de 35 graden hitte.
Genoeg van het stof.
Genoeg van de vrachttrein die elke ochtend om half vijf langs komt denderen.
Genoeg van het matje waar ik al 4 weken op slaap.
Genoeg van het gesloef door musea.
Genoeg van de primitieve campings in de parken.
Genoeg van de muggen, vliegen, mieren en wespen.
Genoeg van de veel te koude supermarkten.
Genoeg van de Amerikaanse toiletten en hun gebruikers.
Genoeg van het zoeken naar fatsoenlijk bier.
Genoeg van de zooi in onze auto.
Genoeg van het zoeken naar kleren in de auto.
Genoeg! Ik wil naar huis!
Shopping
Met een dochter die de puperteit (of pupertijd) angstvallig dicht begint te naderen, in de buurt van een grote stad, dan weet je zeker dat er één ding moet gaan gebeuren:
Shopping!
Manous had er de hele vakantie al op aangestuurd. Bij kleinere stadjes zinspeelde ze erop dat we toch wel even de winkelstraten moesten afstruinen. Dat afstruinen hebben we al die tijd kunnen voorkomen met de belofte dat ze in Denver veel beter kon shoppen dan in al die kleinere stadjes bij elkaar.
Maar vandaag moeten we er dan toch echt aan geloven. We hebben een mooie mall voor haar uitgezocht: de Cherry Creek mall, midden in Denver.
De temperatuur is hier "in the nineties" zoals ze dat hier zeggen, ongeveer 95 graden Fahrenheit of te wel boven de 35 graden. Dat betekent dat we in de ochtend eerst even een tijdje aan de rand van het minieme KoA zwembadje van 4 bij 7 meter doorbrengen. Aan het hek er om heen hangt een bordje dat je er maximaal met 35 personen in mag. Die moeten dan wel allemaal blijven staan. In de middag begint Manous d’r feestje.
Om de mannen toch een beetje in bescherming te nemen tegen het winkel-geweld, zetten we de dames af bij het winkelcentrum en gaan Fabian en ik eerst naar een vliegtuig museum, het Wings over de Rockies Air and Space museum. Een hele mond vol, voor een redelijk klein en eenvoudig museum. Gevestigd in een oude hangar van de ex-Lowry Air Force base, een voormalig militair vliegveld midden in de stad. Het vliegveld heeft plaats gemaakt voor een nieuwe woonwijk en golfbaan, maar twee hangars met vliegtuigen zijn blijven staan. Het pronkstuk is een enorme B1 bommenwerper. Hier hebben we 2 uurtjes doorgebracht.
Daarna gaan we ook naar de mall, in de hoop er nog wat winkels te bekijken, bijvoorbeeld een CD/DVD winkel of boekenwinkel. Maar nee hoor, Cherry Creek mall is een zogenaamde dames mall. Alleen maar kleding zaken en alles voor de dames: inrichting van huizen, make-up etc. Het enige dat voor mannen geschikt is, is een winkel van Apple met iPods en laptops etc. En zelfs hier staat het vol met vrouwen. Heeft het merk Apple iets dat vrouwen aantrekt? Maar goed, Fabian speelt hier een spelletje op een Apple laptop, en ik speel wat met de MacBook Air (lekker lichtgewicht ding trouwens, zo een wil ik wel) en de iPhone 3G (de route planner lijkt met Google Maps te werken, dat is nog eens handig).
Tegen een uur of vijf ontmoeten we de dames die met allerlei tasjes van diverse winkels. Hempjes, topjes, bikini en zo. We eten er wat en rijden dan weer naar de camping, moe van al dat gesloef in het museum en in de mall.
Naar de WC
Als je een tijdje tussen de Amerikanen woont, dan krijg je een redelijke blik op hun intieme gewoontes. Die intieme gewoontes komen allemaal samen op de WC. De WCs in Amerika, dat is een verhaal apart.
De (openbare) WCs in bestaan uit een grote betegelde ruimte, met daarin hokjes voor de zittoiletten en schotjes tussen de urinoirs. De hokjes voor de zittoiletten zijn echter anders dan de Europese variant. Hier geen stevige muren en deuren die de boel audio- en geurtechnisch hermetisch afsluiten. Nee, de hokjes in Amerika worden altijd opgebouwd uit schotten die zo’n veertig centimeter boven de vloer beginnen en, als je geluk hebt, bij zo’n 1.90 meter ophouden. Soms ook wat lager, zodat, als je staat, je over het schot heen kan kijken. Tussen de schotten hangen deurtjes. Met een beetje geluk zit er ook nog een klein slotje of haakje op de deur waarmee je hem dicht kan maken. De scharnieren van sommige deurtjes zijn van een dusdanige constructie dat er een spleet van één of twee centimeter tussen zit. Het slotje gaat ook wel eens kapot, waardoor het duertje niet meer is af te sluiten.
Door die schotten en deurtjes die boven de grond hangen, kun je wel meteen zien dat een toilet bezet is. Je kunt ook meteen zien welke schoenen ze aan hebben en hoe hun broek op de enkels hangt.
Amerikanen hebben andere normen op het toilet dan wij. Iedereen mag horen dat er stoelgang problemen zijn. Het is bekend dat de gemiddelde Amerikaan slecht eet. Te veel vet eten, waardoor men snel dikker wordt. Er lopen hier voorbeelden rond…. Minder bekend is dat ze te weinig vezels eten. Veel wit brood en weinig fruit. Gevolg is een slechte darm werking. En dat uit zich in een slechte stoelgang. En van dat laatste mogen we dankzij de Amerikaanse toilethokjes meegenieten. Zuchten, steunen, persen zijn aan de orde van de dag. Fabian kwam een keer van het toiletgebouw af met het hilarische verslag van een persende meneer. In geuren en kleuren werd er verslag gedaan van de geluiden die de man produceerde: "Hnnngggggggg…. Unnngggggggg… Aaacchhhhhh" en andere geluiden die je niet zo goed in een blog kunt vastleggen. We konden er ons in ieder geval van alles bij voorstellen. Als na al dat gepers de uitwerpselen het doel bereiken, gaat dat met hoge druk gepaard, hetgeen goed hoorbaar is. Ook weer dankzij de beschreven schotten.
Een gevolg van al dat gepers en geduw is dan natuurlijk ook de geur van onafgewerkt voedsel. Op een of andere manier ruikt het op een Amerikaanse WC ongezonder als in Europa. Als je het geluk hebt de volgende te zijn na zo’n rottende darmen type, dan kan het best zo zijn dat de WC ondergespetterd is met kleine druppeltjes bruine… uh … nou het is wel duidelijk, geloof ik.
Verder hebben de Amerikanen de gewoonte om van het toiletbezoek een compleet uitstapje van te maken. Een bezoekje van één, twee minuten is er niet bij. Men wil daar op zijn minst toch wel 5 minuten voor uittrekken. Op de campings komt het wel eens voor dat ik bij binnenkomst van het toiletgebouw onder het WC deurtje twee sandalen met broek op de enkels bespeur. Ik ga dan douchen, scheren, tandpoetsen. Als ik het toiletgebouw weer verlaat staan de twee sandalen met de broek op de enkels nog op dezelfde plaats. Het toppunt is toch wel het fenomeen om hele conversaties op de WC te gaan houden. Ergens in Colorado had ik zo’n ochtendlijke douche-scheer-tandenpoets sessie, gedurende welke twee Amerikanen, beiden met sandalen en broek op de enkels, een hele discussie hadden opgezet. Het onderwerp werd mij door het gespetter van de douche, het gezoem van het scheerapparaat en het gekras van de tandenborstel niet duidelijk.
Taart zonder 20 kaarsjes
Op 1 augustus ben ik precies 20 jaar in dienst bij Hydraudyne, Mannesmann, Rexroth en Bosch en een aantal combinaties daarvan. Tegenwoordig dan Bosch Rexroth. Halfweg naar het pensioen, voorzover dat dan tegen die tijd nog steeds 40 jaar zou zijn. Maar goed, die 20 jaar wilde ik niet ongemerkt voorbij laten gaan. Het is een reden voor taart.
Samen met een collega die dit jaar ook 20 jaar in dienst is hebben we eerder dit jaar onze collega’s al getrakteerd. Nu op 1 augustus wilden we het nog eens vieren.
Dus even langs de supermarkt. Een mooi klein taartje uitgezocht. Denk niet dat dit een klein taartje is voor 4 personen. Het is gewoon een taart voor 1 (amerikaanse) persoon. Maar daar kunnen wij met zijn vieren best wel van eten.
Denver, here we come!
Als je van Buena Vista naar Denver rijdt, onze laatste camping, dan kom je door het skioord Breckenridge. Deze morgen zijn we er even gestopt om eens rond te kijken. Het dorpjes ziet er gezellig uit, een leukere sfeer als in Aspen. Meer Europees denk ik. Wat opvalt is de grote hoeveelheid makelaars in de winkelstraat. Het lijkt wel of er elke 50 meter een makelaar zit, die de lokale stulpjes in de aanbieding heeft. De prijzen liegen er natuurlijk niet om, en het aanbod is groot. Misschien gaat het toch niet zo goed met de economie en moeten de 2e of 3de huisjes er maar uit?
We komen ook langs Mt Evans. Deze berg is bijna helemaal te "beklimmen" met de auto, er slingert een weg tot bijna onder de top. Deze weg voert langs hele steile en vooral diepe afgronden en de weg heeft geen railing. Lizet zit niet op haar gemak als de afgrond aan haar kant is. Boven is een parkeerplaats en moet je de laatste 100 meter zelf nog afleggen. Voor ons getrainde hoogte specialisten geen enkel probleem. Hijgend komen we boven. Het is hier niet eenzaam aan de top, velen zijn hier met ons.
We zijn hier op 4350 meter, en dat zonder sneeuw! Zo hoog zijn we nog nooit geweest.
Na de verplichte foto’s praten we wat Nederlands en dat is voor de gemiddelde nieuwsgierige Amerikaan altijd een reden om te vragen waar we vandaan komen. Dit keer een aardige Texaan, die al gauw richting politiek gaat. Oh-oh, vermijden dat onderwerp. Toch wordt het een gesprek op hoog niveau (namelijk 4350 meter). Hij is zeer tegen Bush, en dat als Texaan. Maar hij wil graag onze mening horen: vinden we het niet jammer dat Hillary verloren heeft? Is heel Europa voor Obama? We praten over links en rechts in Amerika en Europa. Over waarom Europa Amerika niet heeft gesteund in de oorlog in Irak (alhoewel hij het begrijpelijk vond, heb ik daar mijn mond maar over gehouden). Over dat een kwart van de Amerikaanse kiezer zeer rechts-religieus is en zich laat leiden door God in plaats van een eigen mening.
Gelukkig wil ie ook nog over andere dingen praten: hij wil weten waar hij naar toe moet als ie in Europa wil skien. De Alpen natuurlijk. Grappig gesprekje, we wensen elkaar nog een fijne vakantie toe en gaan ieders ons weegs.
We storten ons uit de Rockies en komen voor het eerst sinds weken weer onder de 2000 meter. Meteen rollen we Denver binnen en ook weer uit, want de KoA camping ligt 30 mijl oostelijk van Denver. Eenmaal door Denver begint het verre niets. Zo ver als je kunt kijken, uigestrekte dorre vlaktes of hooguit heuvelachtig terrein. Hier wordt bijna niets verbouwd. Om de zoveel mijl een afslag voor een klein dorpje.
Tenminste, dat was 15 jaar geleden. Nu blijkt dat al die dorpjes zijn uitgebreid met nieuwe wijken. Soms is het een trailer park, en soms zijn het huizen op een halve of hele hectare grond. In beide gevallen lijken het de nieuwe suburbs van Denver. Ook het dorpje waar wij moeten zijn, Strasburg, was vroeger bijna niets, en nu hebben ze twee restaurants en een museum!
En oh ja, ’s avonds komen we er opnieuw achter wat de nadelen aan deze camping zijn: het spoor loopt vlak achter de camping door. Nu is dat op zich niet zo’n probleem, maar in Strasburg hebben ze ook een overweg. En op deze overwegen hebben ze geen signalering. In plaats daarvoor gebruikt de locomotief zijn toeter als waarschuwing dat ie er aan komt. De eerste keer gebeurd dat als de kids net in de tent liggen. Volgens Lizet de tweede keer rond een uur op half vijf…. Ik zelf heb niets gehoord.
De volgende ochtend gaan we in Denver naar het Denver Museum Natural Science. In dit museum hebben ze een planetarium en een Imax theater. Vanwege de lage dollar pakken we eens flink uit en nemen kaartjes voor het museum, planetarium en Imax. We brengen er heel de dag door. Vooral de Imax film over Shackleton’s avontuur en ontberingen op de zuidpool maken veel indruk. Omdat het buiten zo ontzettend warm is, spelen de kids na afloop lekker in een fontein. Het museum heeft trouwens een mooi uitzicht op downtown Denver.
Na het museum gaan we richting Visitor Centre in het centrum van Denver. Omdat het centrum deels eenrichtingsverkeer is, moet ik de route er naar toe goed plannen. Dit heb ik de avond vooraf via Google Maps al gedaan,en het werkt nog ook. Ik rijd er vrijwel zonder problemen naar toe.
We lopen wat, drinken wat, kopen wat (Manous heeft haar eerste eigen CD gekocht. Van Rihanna. Dat is dan weer jammer). Eten wat bij het Hard Rock Cafe. En dan is het tijd voor taart! Zie volgende post.
Leadville
Op de KoA in Buena Vista is er geen zwembad. Nu is dat voor mijniet zo’n probleem, maar voor Manous en Fabian wel. Als kleine genoegdoening is er een hot tub, of in goed Nederlands een bubbelbad. Deze moet je reserveren, en dan mag je er een half uur in. Een paar dagen geleden, meteen na aankomst, hebben we dat gedaan voor de volgende dag. Toen kwamen ze ons vertellen dat de verwarming in het ding kapot was. De hot tub is nu gemaakt, dus daarom hebben we hem voor vanavond gereserveerd.
Vandaag gaan we naar Leadville, een stadje ten noorden van onze camping. Aan Leadville hebben we goede herinneringen. Ze hebben er een interessant museum over de mijnen en mijnbouw in de omgeving en bovendien een geweldig goede Mexicaan. We hebben er destijds ontzettend lekker gegeten.
Dus op pad naar Leadville. Maar bij het binnenrijden blijkt dat Leadville aardig veranderd is, en niet ten goede. Het begint al met een trailerpark waarbij een woonwagenpark in Nederland een luxe villawijk lijkt. Overal autowrakken, niet verharde wegen, rotzooi in de tuintjes, voorzover je van tuintjes kunt spreken. Dan de commercie, met bedrijfjes die net het hoofd boven water kunnen houden, of net niet meer. En dan rijden we het centrum binnen. Dat is wel herkenbaar.
Hier stappen we op de Leadville, Colorado & Southern Railroad. Dit is een trein die een stukje van een mijnbouw spoor rijdt, met daarbij uitleg en uitzicht. De mijnbouw in Leadville (vertaald Lood-stad) is vanaf de 19e eeuw tot nu toe erg belangrijk geweest. In Durango heb je ook zo’n soort attractie, maar die is stervensduur. De trein staat al op ons te wachten, en het hele gebeuren is in Amerikaanse stijl, dus "All aboard!" over het perron roepen en dat soort dingen. Het spoor slingert zich langs de berghelling omhoog, tot het punt waar het niet meer betrouwbaar zou zijn. Vandaar rijdt de trein weer terug. Onderweg stopt ie bij een oude watertank, waar vroeger de stoomtreinen werden gevuld. Het uitzicht vanuit de wagons is geweldig. Daarnaast is de geschiedenis van dit gebied erg interessant, de bergen rondom Leadville moeten één grote gatenkaas zijn.
We eten in de lokale speeltuin, waar Mexicaanse moeders hun kroost uitlaten. De speeltuin mag dan mooi onderhouden zijn, de meeste huizen in de omgeving zijn dat niet. Het gaat denk ik niet zo goed hier. Misschien is de mijnbouw toch aan zijn eind gekomen?
Vlakbij is ook het visitor centre. We willen weten of we hier een mine tour kunnen doen. Dit is een rondleiding in een mijn die niet meer in werking is. De stuurse dame achter de balie meldt ons dat die er niet zijn in Leadville. Op de vraag of "ons" Mexicaanse restaurant er nog is antwoord ze: "No, that is closed, it is a church now" (Nee, dat is gesloten, dat is nu een kerk).
Damn, onze stam-tent! Dan hadden we er de afgelopen tijd wat vaker naar toe moeten gaan. Dit restaurant was ons referentiekader voor alle andere Mexicanen. We vallen in een diep gat. Wat moeten we nu doen? Vanavond al: waar moeten we eten?
Als we een beetje zijn bijgekomen van deze teleurstelling gaan we naar het Mining Museum. Misschien dat een bezoek aan dit museum ons een beetje kan opfleuren. Dat lijkt aardig te lukken. Zelfs de kids vinden het interessant. Fabian is helemaal in de ban van de mineralen en "edel"stenen die ze er hebben, van die mooie gekleurde en raar gevormde stenen die ze hier en uit de rest van de wereld uit de bergen halen. Ze hebben dan ook een enorme verzameling. Daarnaast wordt de geschiedenis van de mijnbouw in de Rockies helder uitgelegd. We brengen er 3 uur door, best veel voor ons.
Bij gebrek aan onze Mexicaan wil ik naar een andere Mexicaan, maar Li vindt het wel best en dus wordt het de chinees. Dat is hier altijd wel lekker.
Als we Leadville weer uitrijden, letten we nog even goed op de plaats waar onze Mexicaan zou hebben gestaan. En inderdaad, tussen alle verpauperde huizen staat daar ineens een kerkje, met op het dak nog de helft van het woord "Restaurant". Aan de gevel nog het frame van de neonreclame, waar iets in de geest van "La Cantina Mexican Restaurant" op zou hebben gestaan, ware het niet dat de reverend (dominee) die er af heeft gesloopt. Stilletjes rijden we naar huis.
’s Avonds wacht ons nog een teleurstelling: de hot tub is lek. Dus weer niet spetteren! Ik pak maar een Coors om het verdriet te verdringen of verdrinken.
Aspen
Manous heeft al een paar dagen gevraagd of ze mag MSN-en. Nu we op een KoA camping zitten met wifi, kan dat een keertje. Gezien het tijdverschil moet ze dat dan wel ’s morgens vroeg doen. Vandaag kwam het zo een keertje uit. Laptop op de knieen en even kijken wie er online is. Even vlug geMSNd met nichtje Yvette en BSO-vriendin Nicky.
Toen ik Manous vertelde dat we vandaag naar Aspen zouden gaan, wist ze meteen te vertellen dat Maria Carey daar woonde. Ik heb haar uitgelegd dat Aspen een jet-set dorpje is, waar de players van Hollywood hun tweede, of derde huis hebben. Tenminste, dat was 15 jaar geleden zo. Ik krijg de indruk dat het tegenwoordig allemaal wel mee valt, maar heb toch even “gecontroleerd” op wikipedia. Er zijn nog toch nog wel een paar sterren die er wonen, waaronder Kevin Costner, die aan de weg naar de Independence Pass zou wonen. Komt dat even goed uit, wij moeten ook over de Independe Pass naar Aspen. Misschien kunnen we wel even aanbellen.
De weg naar en over de Independence Pass zelf is indrukwekkend, hoog en kronkelig. Een paar haarspeldbochten. Om de kilometer een parkeerplaatsje om van het uitzicht te kunnen genieten. Op een van die stops vraagt een Amerikaan of ik foto’s van hem en zijn vrouw wil maken. Daarna maakt hij foto’s van ons. Boven op de pas (zo’n 3700 meter) waait het lekker, en is het frisjes. Dan weer bergafwaarts. Hier is een stukje waar het erg smal is en geen 2 auto’s elkaar kunnen passeren, al helemaal niet de Amerikaanse bakken.
Tegen de tijd dat we Aspen dreigen te gaan bereiken, let ik toch wel een beetje op de huisjes, of ik misschien toch de toko van Kevin zie staan. Maar Kevin woont natuurlijk niet direct aan de straat, die woont ergens tegen de berg aan.
Aspen zelf is een bloemenrijk dorpje. In het centrum is er weinig te merken van de jet-set. Het dorp doet zelf erg zijn best om gezellig over te komen. En dat lukt best, met on-Amerikaanse terrasjes op straat en autovrije zones. Een beetje kitscherig is het toch wel, met namen als Tyrolean Lodge en St Moritz Inn. Midden in het dorp is een park waar de minder bekende, zo niet anonieme mens kan ontspannen, zeker met een McDonalds naast het grasveld. Erg druk dus.
In de buurt is een winkel, waar je t-shirts met leuke uitspraken kunt kopen. Wat dacht je van: “To err is human, to blame it on someone else shows managment potential” of “Not perfect, but so close it scares me”. Ik koop zelf een t-shirt met de tekst “If I agree with you, we’d both be wrong”. Leuk voor een bespreking of tijdens mijn beoordelingsgesprek.
De benzineprijzen in Aspen zijn overigens wel degelijk op jetset niveau: 5 dollar ipv 4 dollar in de rest van Amerika. We kijken nog even hoe jonge Amerikaantjes op skateboardkamp beziggehouden worden, en gaan dan weer terug naar onze KoA. We eten ’s avonds bij een family restaurant in Buena Vista, waar het elke avond erg druk lijkt te zijn. Het eten valt ons zwaar tegen. Zoals in de Randstad reclame met de kok in een bejaardentehuis die opmerkt: “Ik mis iets…. smaak!”
We sluiten de dag af met een fantastische wolk in de zonsondergang:
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetuer adipiscing elit, sed diam nonummy nibh euismod tincidunt ut laoreet dolore magna aliquam erat volutpat. Ut wisi enim ad minim veniam, quis nostrud exerci tation ullamcorper suscipit lobortis nisl ut aliquip ex ea commodo consequat. Duis autem vel eum iriure dolor in hendrerit in vulputate velit esse molestie consequat, vel illum dolore eu feugiat nulla facilisis at vero eros et accumsan et iusto odio dignissim qui blandit praesent luptatum zzril delenit augue duis dolore te feugait nulla facilisi.